En de zevende engel blies de bazuin en luide stemmen klonken in de hemel,
zeggende: Het koningschap over de wereld is gekomen aan onze Here en aan zijn
Gezalfde, en Hij zal als koning heersen tot in alle eeuwigheden.
En de vierentwintig oudsten, die voor God op hun tronen gezeten waren, wierpen
zich op hun aangezicht en aanbaden God,
Zeggende: Wij danken U, Here God, Almachtige, die is en die was, dat Gij uw
grote macht hebt opgenomen en het koningschap hebt aanvaard;
En de volkeren waren toornig geworden, maar uw toorn is gekomen en de tijd voor
de doden om geoordeeld te worden en om het loon te geven aan uw knechten,
profeten, en aan de heiligen en aan hen, die uw naam vrezen, aan de kleinen en
de groten en om te verderven wie de aarde verderven.