Het relaas van drie kankerpatiënten die door een combinatie van eigenzinnigheid,
chemokuren en het 'Houtsmuller'-dieet (voorlopig) de strijd tegen de dood hebben
overwonnen. Programmamaker Kees Braam (49), zelf één van de patiënten, maakte er
voor RTL4 een documentaire over, waarin hij wat meer nuance had mogen leggen.
Door Ron Buitenhuis
Woensdag, RTL4, 22.35 uur
Eindhovens Dagblad - 25 maart 2000
Het is een opmerkelijk beeld. Een kankerpatiënt die in zijn ziekenhuisbed zelf
zijn wortelsapdrankje mixt met allerlei vitamine-supplementen. Zijn vrouw heeft
van thuis een speciale maaltijd van groenten en vis meegebracht. Want ja, in het
ziekenhuis kan Kees Braam (49) weliswaar vegetarisch eten krijgen, maar dat is
toch net iets anders dan het Houtsmuller-dieet dat hij nodig heeft.
De scène tekent ook het karakter van Braam: zoek je eigen weg en laat je niet
tegenhouden door (medische) regeltjes en dogma's. Had hij dat wel gedaan, dan
had hij nu mogelijk niet meer geleefd.
In 1996 wordt bij Kees Braam een grote tumor in zijn tong geconstateerd met
uitzaaiingen. 'U hebt nog hooguit drie maanden', luidt het vonnis van de
specialist in Utrecht. 'Drie maanden? Dat zijn nog maar twaalf weekeinden samen
met vrouw en kinderen.' Braam wordt gegrepen door een golf van angst, paniek,
verdriet en ongeloof. Maar na een dag of twee wordt uit deze draaikolk van
gevoelens een nieuwe energie geboren, de oerdrang tot overleven. De
journalist/programmamaker gaat op zoek naar andere artsen voor een tweede, zelfs
een derde diagnose. Zo belandt hij bij KNO-arts C. Meeuwis in de Daniël den
Hoedkliniek in Rotterdam.
Hongerig naar informatie over zijn ziekte duikt hij de bibliotheek in en surft
hij urenlang over internet. Via Anton Verhaak, een vriend die een ongeneeslijke
vorm van beenmergkanker heeft (ziekte van Waldenström), komt Braam terecht bij
de Haagse arts/bioloog E. Valstar. Deze schrijft hem een variant van het
Houtsmuller-dieet voor, speciale voeding en allerlei vitamine-supplementen onder
drie voorwaarden: Braam moet bij zijn KNO-arts onder behandeling blijven, hij
moet de voorgestelde operatie ondergaan en mag de geplande chemokuur niet
afbreken. Valstar gelooft namelijk dat zijn 'natuurlijke kankerremmers' in
combinatie met chemo-medicijnen niet alleen levensverlengend, maar bij sommige
vormen van kanker zelfs genezend werken. Een overtuiging die naar de maatstaven
van de reguliere medische wetenschap nog nooit bewezen is.
In de RTL4-documentaire Zo nodig dwars van Kees Braam over zijn gevecht tegen
kanker, zijn ook de levensverhalen van zijn vriend en lotgenoot Anton (53) en de
9-jarige Shifra Stam verweven. Het meisje lijdt sinds haar derde jaar een
leukemie en is de afgelopen jaren al twee keer opgegeven. Alledrie de
hoofdrolspelers zijn mede onder behandeling van de alternatieve arts/bioloog
Valstar. Het feit dat ze alledrie opmerkelijke vooruitgang hebben geboekt in hun
strijd tegen de kanker geeft de film een euforische toon. Het is het
succesverhaal van de survivors, die geloof en baat hebben bij deze alternatieve
geneeswijze.
Dat is tevens het zwakke punt van de documentaire. De arts/bioloog Valstar gaat
zeer serieus te werk en doet bepaald geen Jomanda-achtige voorspellingen en
beloftes, en de Bossche oncoloog dr. J. Burghouts nuanceert de wetenschappelijke
waarde van het Houtsmuller-dieet enigszins, maar de film blijft desondanks een
hoog juichgehalte houden. Heel begrijpelijk vanuit de persoonlijke situatie van
patiënt/programmaker Kees Braam (die volgens zijn KNO-arts "zo goed als genezen
is"), maar puur journalistiek gezien had er wat meer 'medisch evenwicht' in de
documentaire mogen zitten.
Zo ontbreekt de mening van de specialisten in de academische ziekenhuizen in
Utrecht en Groningen, die Kees Braam, respectievelijk Shifra Stam al hadden
opgegeven. Hoe kijken zij tegen de 'wonderbaarlijke' vooruitgang van hun
voormalige patiënten aan, nu deze hun heil deels in het alternatieve circuit
hebben gezocht? Verder wordt in de film melding gemaakt van het boek Nutrician
Oncology dat in Amerika momenteel veel opzien baart en nieuwe, positieve,
onderzoeksresultaten schijnt te bevatten van Amerikaanse kankerpatiënten die
speciale dieetvoeding en vitamine-preparaten gebruiken. Ook dit aspect had best
wat verder uitgediept mogen worden.
"De film van Kees Braam laat inderdaad een aantal vragen open", reageert
behandelend KNO-arts C. Meeuwis van de Daniël den Hoedkliniek in Rotterdam.
"Anderzijds laat hij zien dat een combinatie van de reguliere- en de
alternatieve geneeskunde blijkbaar tot opmerkelijke resultaten kan leiden. Niet
in alle gevallen genezend, maar soms wel levensverlengend."
Een ander, volgens Meeuwis zeker zo belangrijk aspect van de film , is dat Kees,
Anton en (de ouders van) Shifra aantonen dat je als patiënt nooit de eerste de
beste arts moet geloven. De volhouders, de dwarsliggers die zich niet met een
kluitje het 'medische riet' laten insturen, boeken vaak opmerkelijke resultaten.
KNO-arts Meeuwis: "Ga na en onheilsboodschap nooit bij de pakken neerzitten,
mar ga op zoek naar 'second opinions'. Geen enkele arts is alwetend. Kijk, Kees
heeft het mij ook behoorlijk lastig gemaakt met zijn gedrevenheid en
alternatieve aanpak, maar deze ervaring bevestigt nog eens dat je in het belang
van je patiënt, als arts nooit alternatieve therapieën voor honderd procent mag
afwijzen, ook al vind je het zelf de grootste flauwekul."
"Dat is ook zo'n beetje de onderliggende boodschap van mijn film", licht Kees
Braam toe. "We willen artsen, beleidsmakers en politici prikkelen om de
alternatieve weg, die wij hebben gekozen serieus te nemen, zodat er eindelijk
eens een goed wetenschappelijk onderzoek wordt opgezet naar de werking van
voeding, vitamine-supplementen en geestelijke weerbaarheid in de strijd tegen
kanker."