Home | ||||
1 | Inleiding | Inleiding over de lijkwade van Turijn | ||
2 | Bijbel | Bijbelse geschiedenis van de lijkwade van Christus | ||
3 | Mandylion | De geschiedenis van het kleed van Edessa | ||
4 | Lijkwade | De geschiedenis van de lijkwade van Turijn | ||
5 | Onderzoek | Onderzoek van de lijkwade van Turijn | ||
6 | Conclusie | Conclusies over de lijkwade | ||
7 | Chronologie | Chronologie van de lijkwade |
Reeds tijdens zijn prediking hier op aarde had Jezus al aan zijn discipelen voorspeld dat Hij zou worden gegeseld en gekruisigd, en op de derde dag zou opstaan uit de dood:
De Zoon des mensen zal overgeleverd worden aan de overpriesters en schriftgeleerden, en zij zullen Hem ter dood veroordelen en
Hem overleveren aan de volken om Hem te bespotten en te geselen en te kruisigen; en op de derde dag zal Hij worden opgewekt (Matteüs 20:18-19).
Jezus dood was reeds in het Oude Testament voorspeld door de profeet Jesaja, met een heel belangrijk doel, zoals Jezus zelf ook aangegeven heeft:
Want ook de Zoon des mensen is niet gekomen om Zich te laten dienen, maar om te dienen en zijn leven te geven als losprijs voor velen (Markus 10:45). Klik hier voor meer informatie.
De mishandelingen begonnen in de Paasnacht, toen Jezus werd verhoord door de Joodse Raad:
Na de geseling, op weg naar het kruis, deden de soldaten Jezus een purperen mantel aan:
en na een doornenkroon gevlochten te hebben zetten zij Hem die op en begonnen Hem te begroeten: Gegroet, koning der Joden!
En zij sloegen zijn hoofd met een rietstok en bespuwden Hem, en zij vielen op hun knie n en huldigden Hem.
En toen zij Hem hadden bespot, deden zij Hem de purperen mantel af en deden Hem zijn kleren aan; en zij leidden Hem naar buiten om Hem te kruisigen (Markus 15:17-20)
Uiteindelijk werd Jezus gekruisigd (Markus 15:24), waarbij zijn handen en voeten met spijkers werden doorboord, zoals al geprofeteerd door David:
Want honden hebben mij omringd, een bende boosdoeners heeft mij omsingeld, die mijn handen en voeten doorboren (Psalm 22:16).
Omdat het voorbereiding was op de grote sabbat vroegen de Joden aan Pilatus om de benen van de gekruisigden te breken,
zodat zij zouden sterven en van het kruis konden worden weggenomen, voordat de sabbat aanbrak. Maar Jezus was al gestorven:
De soldaten dan kwamen en braken de benen van de eerste en van de andere, die met Hem gekruisigd waren;
maar toen zij bij Jezus gekomen waren en zagen, dat Hij reeds gestorven was, braken zij zijn benen niet,
maar een van de soldaten stak met een speer in zijn zijde en terstond kwam er bloed en water uit (Johannes 19:32-34).
Hierna vroeg Jozef van Arimathea, een rijke man (Matteüs 27:57), lid van de Joodse Raad en discipel van Jezus aan Pilatus of hij het lichaam van Jezus mocht hebben om te begraven.
Na Pilatus toestemming ging Jozef een stuk linnen kopen en Jezus begraven in zijn eigen graf:
En na een stuk linnen gekocht te hebben nam hij Hem af, wikkelde Hem in het stuk linnen en legde Hem in een graf dat uit een rots was gehouwen, en hij wentelde een steen voor de ingang van het graf (Markus 15:46). Dit gebeurde conform de profetie van Jesaja: bij de rijke was hij in zijn dood, omdat hij geen onrecht gedaan heeft en er geen bedrog in zijn mond is geweest (Jesaja 53:9).
Jezus werd begraven met geurende kruiden (Johannes 19:40). Na de sabbat wilden de vrouwen Jezus zalven, maar toen ze bij het graf kwamen, was de steen afgewenteld en het graf leeg (Markus 16).
En toen de sabbat voorbij was, kochten enkele vrouwen specerijen om Jezus lichaam te gaan zalven.
Maar toen ze bij het graf kwamen, zagen ze dat de steen was afgewenteld en het graf leeg (Markus 16).
Toen Petrus in het graf ging kijken zag hij de doeken liggen, maar de zweetdoek die op zijn hoofd was geweest, niet bij de doeken liggen, maar op een plaats afzonderlijk samengerold (Johannes 20:6-7).
Jezus bleek uit de dood te zijn opgestaan: